Op 11 november 2022, 13:44 schreef Tubantia.nl
Fotograaf Erika uit Ruurlo gaat met pet van 100 jaar oud rond: ‘Kunnen boerenkids ’m straks nog wel dragen?’
RUURLO – Het zijn weer foto’s die raken. Boerenkinderen met de pet van haar opa tussen de koeien of op de trekker. Een monument in zwart-wit over de zorgen van de agrarische sector. „Ik ben niet zo van het protesteren, ik leg liever de liefde voor het vak vast.”
Door Jelle Boesveld
Erika Klein Kranenbarg (43) uit Ruurlo maakte eerder een fotoboek vol met bewogen portretten van mensen in isolatie tijdens corona. Het zijn foto’s die raken. De uit Haarlo afkomstige boerendochter is dan ook niet niet zomaar een fotograaf. Ze is sociaal bewogen. Werkte achttien jaar in de zorg. Ze noemt zichzelf mensenmensfotograaf. Legt de laatste dagen van terminaal zieke mensen vast. Het afscheid, de uitvaart. Het liefst in zwart-wit. „Dat legt de ziel van de mensen meer bloot.”
Erika Klein Kranenbarg fotografeert voor haar boek jonge boeren en hun toekomst.
Zorgen over toekomst
Maar Erika is niet alleen fotograaf. Ze is ook de vrouw van boer Bert en moeder van Loek (13). Ze ervaart in haar gezin de onrust en zorgen over de toekomst van de agrarische sector. „Ik ben niet zo van het protesteren. Van die wilde acties. Van blokkades. Ik ben meer van de verbinding. Maar ik wilde wel wat doen. Wat constructiefs. Want ik maak mij zorgen of Loek, maar ook alle andere boerenkinderen, straks nog wel de boerenpet kunnen blijven dragen. Of kinderen het bedrijf kunnen en willen over nemen van hun ouders. Maar vooral hoe moeten ze dit doen.”
De pet van haar opa
Ze gaat daarom met de pet rond. „Letterlijk”, legt ze uit. „Met de boerenpet van mijn opa. Minstens honderd jaar oud is-ie. Ik heb fijne herinneringen aan hem. Ik kom zelf ook van een boerderij in Haarlo en mijn ouders waren altijd druk, mijn moeder ging nog uit werken, waardoor opa en oma ons vaak opvingen na schooltijd. Nu ik ouder ben, ben ik dit steeds meer gaan waarderen. En nu bezoek ik kinderen uit de agrarische gezinnen die later net als mijn opa ook graag willen boeren. Maar kan dat nog wel? Ze krijgen de pet op en ik leg ze vast op hun geliefde plekje op de boerderij. En laat ze vertellen over hun toekomst. Hun dromen. Hun plannen.”
Niet gezelliger aan tafel
Stikstofproblemen, polarisatie; de kinderen krijgen het allemaal mee. „Tijdens mijn bezoeken aan de kinderen hoor ik opmerkingen als: ‘Als papa een debat aan het volgen is, word het niet gezelliger aan tafel’. Of: ‘Mijn vader wil best een windmolen maar dan krijgt hij ruzie in de buurt’. Maar kinderen denken ook mee en komen met constructieve oplossingen als: ‘Dan ga ik toch aardappelen verbouwen in plaats van koeien houden, dan is het stikstof probleem opgelost’. Of: ‘Pap, we kunnen ook gaan emigreren, we kunnen toch allemaal Engels…’ Maar was het allemaal maar zo makkelijk.”
Mooie gesprekken in de stal
De leeftijd van de Achterhoekse en Twentse en zelfs enkele geëmigreerde Canadese boerenzonen en dochters die ze fotografeert, ligt tussen de 0 en 25 jaar. „Wat een mooie gesprekken heb ik gehad in de stal, aan de keukentafel en er was zelfs een boertje die mij zijn nieuwe slaapkamer wilde laten zien, want hij had nieuw boerderijbehang. Maar ik wilde ook wat oudere jongeren er bij hebben. Die hebben vaak een heel ander verhaal dan kinderen. Wat meer diepgang. Al willen ze soms niet op de foto of hun verhaal doen. De meeste boeren praten niet over hun gevoel. Maar hun zorgen zijn niet minder. Hun uitlaatklep voor de frustraties zijn dan die acties.”
Geen acties of politiek
Op 19 september begon ze met fotograferen. Deze maand wil ze de laatste van de vijftig boerenzonen en dochters op de gevoelige plaat zetten. „Daarna gaan we het boek samenstellen bij het Het Ontwerphuys in Lochem. In januari moet het klaar zijn. Dan maken we er hier op de boerderij een feestelijke en gezellige presentatie van met de kinderen en jongeren die hebben meegewerkt. Ik wil geen acties of politiek. Gewoon een leuke middag.”
Genieten van het buitenleven
„Ik hoop met mijn boek een zaadje te hebben geplant, dat uit mag groeien tot een mooi en realistisch doel voor onze nieuwe generatie boeren. Want als je al die kinderen zo ziet genieten van het buitenleven, de een nog onbevangen en de ander die het geweldig vindt om lekker mee te helpen, dan gun je echt ieder boerenkind die pet, de pet die ooit van mijn opa was.”